Het deurkozijn is een onmisbaar onderdeel van een deur, omdat de deur er in wordt opgehangen. Je kunt een deur immers niet zomaar aan de muur bevestigen. Ook zorgt het kozijn voor de juiste uitstraling en isolatie.

Je hebt binnen- of buitendeurkozijnen, houten, kunststof, stalen of aluminium kozijnen en het kan ook zijn dat je een boven- of zijlicht hebt waardoor je een aangepast kozijn nodig hebt. Ga je zelf de kozijnen plaatsen, dan is het van belang dat je de juiste afmetingen weet.

Als je kozijnen aanschaft die je nog op maat moet houden, kun je het volgende aanhouden: wanneer je deur 201,5 centimeter hoog is, kort je de stijl in tot 204,1 centimeter. Wanneer de deur 211,5 centimeter hoog is, kort je de stijl in tot 214,1 centimeter. Het kozijn moet recht zijn, want anders hangt je deur scheef! Je moet tussen de boven- en onderkant van stijlen en dorpels dezelfde afstand aanhouden.

Stappenplan voor het plaatsen van een deurkozijn

  • Zet het kozijn rechtop in de opening en gebruik een waterpas om te checken of het helemaal parallel met de muur staat.
  • Zet het kozijn vast met schroeven en wiggen (restjes hout). Plaats steeds twee wiggen tussen de muur en de kozijnstijl bij de plaatsen waar de schroeven komen. Schroef daarna het kozijn vast met op zijn minst drie schroeven in elke stijl (vergeet de bovendorpel niet) en controleer steeds of het kozijn recht is. Daarna zaag je nog uitstekende eindjes van de wiggen weg. Mocht je nog ruimte zien tussen muur en kozijn, dan kun je dat opvullen met wiggen.

De U-waarde bepaalt de mate van isolatie bij kozijnen. Hoe lager de U-waarde, hoe beter isolerend. Natuurlijk hangt de mate van isolatie ook af van het type deur dat je gebruikt en of je geen tochtplekken hebt tussen de muursponning en je kozijn. En wanneer je glas gebruikt in de deur, zal dit ook HR++ glas of HR triple glas moeten zijn om tot de hoogste isolatiewaarde te komen.